Het online magazine van P+ presenteert actuele Best Practices op het gebied van Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen.
De magazines worden uitgebracht in samenwerking met partners van P+.
Redactieadres
Rietsnijderslaan 3
1394 LC Nederhorst den Berg
06 27 15 30 00
Advertentie-exploitatie
Henk Krans / Atticus bv
M 06 51 385 270
Uitgeverij
Atticus bv
Postbus 308
2400 AH Alphen aan den Rijn
06 55 36 50 65
Hoofdredacteur
Jan Bom
Tekst
Jean-Paul Drabbe
Fotografie
P+ People Planet Profit
Webmovie
Ontwerp en technische uitvoering
Systeemontwikkeling
COLOFON
HVC THE BIGGER PICTURE
Energie
en steeds meer warmte
We produceren veel in Nederland. Wat we het meeste produceren? Afval. Zo’n 60 miljoen ton per jaar. Allemaal opgeslagen energie, weet Chris Kuijten, directeur energie bij HVC.
Nergens zie je zo duidelijk wat er met cradle-to-cradle wordt bedoeld als in een installatie waar afval wordt omgezet in bruikbare energie. Daarom lopen er regelmatig jongens en meisjes van basisscholen over het terrein bij HVC in Alkmaar en Dordrecht, waar ze alles leren over de wondere wereld van afval. Bij thuiskomst zijn zij degenen die tot verbazing van hun ouders het afval buiten zetten en papa en mama vervolgens op de vingers tikken wanneer er papier of plastic in de gewone afvalbak wordt gegooid.
Zo ziet HVC het graag. Dit afvalenergiebedrijf, een samenwerking van gemeenten en waterschappen, ziet afval niet als rotzooi. In tegendeel: het is een grondstof.
Directeur Energie Chris Kuijten (1964) werkt er al meer dan 25 jaar, en zag in die tijd HVC transformeren naar een modern bedrijf op het gebied van hergebruik van grondstoffen, afvalbeheer en duurzame energie.
Een logische transformatie? Volgens Kuijten wel: “Afval is opgeslagen energie en zo moet je dat ook behandelen. In de jaren ‘70 werd er nog erg veel gas gebruikt bij afvalverbranding. Er zat zoveel gft (groente-, fruit- en tuinafval) bij het normale afval, daar moest energie bij om het brandend te houden”, vertelt Kuijten. “Van dat gft maken we nu gas waar we op koken en huizen mee verwarmen. Ook levert die gft waardevolle compost op.” Kuijten ziet in de installaties van HVC wel dat er nog steeds veel plastic en papier tussen het restafval zit: “Als we dat in alle huishoudens nou wat beter scheiden, dan kunnen we ook deze waardevolle grondstoffen een tweede leven geven in een nieuw product.”
As wordt een schone bouwstof
Bij afvalbeheer wordt afvalpreventie dan ook het allerbelangrijkst gevonden. Wat snel daarna volgt is hergebruik, sorteren en recyclen, van bijvoorbeeld het grofvuil. Kuijten: “Grofvuil van huishoudens sorteren we zodat zo’n 70 procent daarvan kan worden hergebruikt. En de overige 30 procent wordt niet weggegooid: door verbranding wordt daar energie en warmte mee opgewekt en grondstoffen voor de industrie mee gewonnen. Zelfs het as dat overblijft: HVC werkt aan een innovatieve manier waarmee vanaf 2016 85 procent van de overgebleven as zonder verdere voorzieningen kan worden hergebruikt als bouwstof in de wegenbouw. Hiermee voldoen we aan de Green Deal met de sector waarin is afgesproken om de bodemas vóór 2017 en 2020 voor respectievelijk 50 procent en 100 procent om te zetten in schone bouwstof.”
Er is dan ook een noodzaak, geeft Kuijten toe. “Van fossiel willen we af, daar zijn we het denk ik met zijn allen wel over eens. Op korte termijn willen we minder afhankelijk zijn van Russisch gas. Ook raakt het Groningse gas op en we hebben er last van bodemproblemen. De EU importeert elke dag voor meer dan een miljard euro aan energie. We kunnen daarvan een groot deel in onze eigen zak steken als we investeren in duurzame, niet fossiele energie. Ik ben blij dat minister Kamp dit nu ook vindt en binnenkort met een wetsvoorstel komt om de warmtenetten te stimuleren.”
Grote stappen kunnen er wat HVC betreft gezet worden met warmtenetten waar het bedrijf zelf letterlijk en figuurlijk veel energie in steekt. De restwarmte van de installaties in Dordrecht en Alkmaar verwarmen inmiddels duizenden woningen en bedrijven. Wat Kuijten wel eens zonde vindt is dat gebruikers zo weinig zien van dat tot de verbeelding sprekende warmtenet. Kuijten: “Het ligt daar maar onder de grond, iedereen merkt het vaak alleen als de straat open ligt voor onze werkzaam-heden. En dat geeft dan vaak tijdelijk wat hinder. Daarom besteedt HVC veel aandacht aan het betrekken en informeren van bewoners en het uitleggen van de winst bij het benutten van restwarmte. De mogelijkheden van een uitgebreid warmtenet liegen er niet om, te meer omdat een aansluiting op het warmtenet tot wel 75 procent CO2-reductie geeft.”
This is the moment: Energie staat bovenaan alle agenda’s
Gijs de Man (1958), voorzitter van stichting Warmtenetwerk Nederland en directeur van Stadsverwarming Purmerend , onderschrijft de noodzaak die Kuijten noemt. “Europa vindt de voorzieningszekerheid erg belangrijk, zeker nu. We willen versneld van het Russische gas af. Dat gas gebruiken we vooral voor verwarming, dus is het een duidelijke zaak dat het warmtenet een belangrijke rol kan spelen om die onafhankelijkheid te vergroten.”
De Man spreekt bovendien van een momentum: “Dit is een periode waarin grote stappen kunnen worden gezet. Nu staat het bovenaan alle agenda’s, en over een paar maanden staan er weer andere zaken bovenaan. Dan kan het zomaar tien jaar duren voordat er weer zo’n moment ontstaat waarop veel mensen bereid zijn te investeren en hun nek uit te steken voor grote duurzame stappen in de energiemarkt.” Volgens De Man wordt de noodzaak ook nog eens vergroot door de oude energiecentrales en gasnetten die aan vervanging toe zijn. “Dan heb je twee keuzes: vervangen, of datzelfde geld in nieuwe, duurzame energiebronnen investeren,” aldus De Man.
Maar hoe werkt dat eigenlijk, zo’n warmtenet?
Het afval dat niet kan worden gerecycled of hergebruikt wordt verbrand. Dat kan sinds een paar jaar ook houtafval zijn dat in de bio-energiecentrale van HVC wordt verbrand. Met de hitte wordt in de eerste plaats elektriciteit opgewekt en met de warmte die dan nog overblijft worden de buizen van het warmtenet verwarmd.
Dat werkt zo: in Dordrecht en Alkmaar .
Kuijten: “Het is de CV-ketel van de stad. Het water in de buizen verlaat onze installatie met zo’n 90 tot 120 graden Celsius, en aan het einde van de warmtekringloop komt het met circa 55 graden Celsius weer terug. Dat hangt van de buitentemperatuur af. Dan stroomt het door de installatie en begint het hele proces opnieuw.”
De warmtenetwerken rolt HVC momenteel uit in regio Alkmaar en in Dordrecht, maar de ambities zijn groot. Zowel bij HVC als bij de gemeenten. In Alkmaar is onlangs een warmteleiding onder het Noordhollands Kanaal door gelegd en en in Dordrecht gaan de initiatiefnemers midden door de binnenstad heen met de aanleg van het warmtenet. Beide gemeenten hebben inmiddels een aansluitverplichting, wat inhoudt dat nieuwbouw op het warmtenetwerk aangesloten moet worden. Projectontwikkelaars schijnen daar vanwege de bijkomende kosten niet altijd blij mee te zijn. Wethouder Van der Linden (Dordrecht): “Ik heb weleens een projectontwikkelaar gesproken die wilde weten waarom die aansluitplicht er is. Gelukkig kun je dat heel goed uitleggen met die 75 procent CO2-reductie die er te behalen valt. Bij nieuwbouwhuizen wat minder omdat ze al een stuk beter geïsoleerd zijn dan oude huizen, maar alle mogelijkheden tot CO2-reductie moet je als gemeente aangrijpen.”
“Projectontwikkelaars willen nog wel eens andere, iets minder duurzame prioriteiten hebben dan wij”
Het aansluiten van het warmtenet is vooral interessant bij nog te bouwen wijken of industrieterreinen, daar kunnen de leidingen dan tijdens de bouw worden aan-gelegd. Bestaande gebouwen aansluiten op het warmtenet kan in een enkel geval lonend zijn, zoals in Alkmaar, waar in de wijk Oudorp vijf appartementencomplexen worden aangesloten en in één klap een grote CO2-winst wordt geboekt. Vaak vragen zulke aansluitingen echter om kostbare aanpassingen aan de woning. Daarom spelen woningbouwcorporaties en projectontwikkelaars een grote rol, weet Kuijten.
“Woningbouwcorporaties hebben vaak een duurzaamheidsagenda, maar project-ontwikkelaars willen nog wel eens andere, iets minder duurzame prioriteiten hebben dan wij. Gelukkig snapt iedereen tegenwoordig hoe belangrijk die CO2-winst is, zeker voor gemeenten. En het warmtenet speelt daar simpelweg een heel belangrijke rol in.”
“Na een WK en EK kleurt de hele boel hier oranje”
Chris Kuijten kwam als stagiair binnen bij HVC toen hij algemene operationele techniek studeerde. Zijn loopbaan heeft zo’n beetje elk facet van het bedrijf aangedaan, van techniek tot productie en management. Nu als directeur Energie haalt hij veel voldoening uit de duurzame ambities van HVC, die niet van de laatste jaren zijn. Begin jaren negentig ging HVC al flink inzetten op het verduurzamen van alle schakels. Een uitgebreid warmtenet, met binnenkort een tienduizendste aansluiting, mag een kers op de taart heten.
Bij de afvalenergiecentrale zelf worden rondleidingen gegeven, niet alleen aan scholieren en aan inwoners, maar aan iedere geïnteresseerde . Bij die rondleidingen probeert HVC bewustwording over afvalscheiding en duurzame energie te vergroten. “Na een WK en EK kleurt de hele boel hier oranje,” zegt Kuijten. “Dan zie je opeens heel duidelijk in wat voor wegwerpmaatschappij we leven, alle vlaggetjes gaan de prullenbak in. Een Nederlander opent dagelijks gemiddeld zeven verpakkingen.
Dat geeft een hoop afval. Het is dus van groot belang dat producenten zich gaan richten op minder afval.” Als voorbeeld noemt Kuijten verpakkingsvrije winkels, initiatieven waar hij zich helemaal in kan vinden . Opmerkelijke uitspraken voor een directeur van een afvalenergiebedrijf, maar hij kan het weten. “Nespresso springt hier al goed op in met de cupjes die je weer kunt inleveren, of Nike, met een 100 procent recyclebare schoen .”
Dit online magazine van P+ wordt geschreven en gemaakt door een onafhankelijke redactie.
Colofon